GVC OZO en Zuid gaan samen: ‘Er komt meer focus en doelgerichtheid’

De Goederenvervoercorridors Oost en Zuidoost (GVC OZO) en GVC Zuid worden per 1 januari 2026 samengevoegd. Een logische stap, vindt Jeroen Laro, programmamanager van GVC OZO. ‘Inhoudelijk hebben de programma’s veel raakvlakken. De komende tijd gaan we uitzoeken hoe we dit in de praktijk gaan organiseren.’

GVC OZO en Zuid gaan samen: ‘Er komt meer focus en doelgerichtheid’

De samenvoeging komt niet uit de lucht vallen. Het afgelopen jaar is de samenwerking tussen beide corridorprogramma’s al intensiever geworden. Zo waren er al meer gezamenlijke overleggen georganiseerd. Het afgelopen jaar werd een advies uitgebracht waarin werd geconstateerd dat beide programma’s veel overlap kennen in opgaven, doelstellingen en betrokken partijen. Op basis daarvan is besloten tot een ‘hybride samenwerking’ dit jaar, als opmaat naar – zo blijkt nu - een volledig samengaan in 2026.
De gezamenlijke Programmaraad van de GVC’s nam begin deze maand het besluit tot samenvoeging. Daarmee is de koers richting een gezamenlijk programma definitief ingezet.

Efficiëntie en inhoudelijke logica

Volgens Laro is het besluit zowel strategisch als praktisch goed te onderbouwen. ‘Het zijn twee programma’s die eigenlijk dezelfde doel en dezelfde uitdagingen hebben. Inhoudelijk is het dus heel logisch om beide samen te voegen. Uiteraard heeft iedere corridor wel zijn eigen karakteristieken en daar houden we na samenvoeging voldoende aandacht voor. Verder denken we ook dat dit meer efficiëntie met zich mee kan brengen. Het is logischer om de uitdagingen gezamenlijk aan te pakken in plaats van versnipperd.’
Toch zijn er nog praktische vraagstukken. ‘Hoe we dat vorm gaan geven, moeten we nog even met elkaar doordenken’, zegt de programmamanager. ‘De praktijk heeft uitgewezen dat het goed lukt om besluiten te nemen in een gezamenlijke programmaraad en directeurenoverleg, mits goed voorbereid. We moeten dan ook goed nadenken over de structuur, frequentie van overleggen en taakverdeling.’ Samen met collega-programmamanager Henk Jan Zoer werken we opties voor de organisatiestructuur uit, die we vervolgens met onze partners bespreken.’

Focus en structuur

Parallel aan de organisatorische samenvoeging is ook de inhoudelijke koers aangescherpt. Waar in de huidige situatie GVC OZO maar liefst 27 doelstellingen kent en GVC Zuid er 16, wordt dat aantal teruggebracht naar zeven hoofddoelstellingen. Zo komen in het GVC-programma a) de beschikbaarheid van onze (multimodale) netwerken én b) de Realisatiepacten nog meer centraal te staan. Met sleutelbegrippen als ‘beter benutten’ en ‘efficiënt ruimtegebruik op de knooppunten’.
Laro zegt hierover: ‘Door het aantal doelstellingen te verminderen, willen we meer focus en duidelijkheid brengen over wat we willen bereiken. We gaan als één programma opereren met heldere doelstellingen. Dat stelt ons in staat om strakker te sturen op de bijdrage die projecten leveren aan de doelen.’
Volgens Laro is het zaak om de uitvoeringskracht ‘vast te houden of beter nog: groter te maken’. ‘Het gaat erom dat we knopen doorhakken om projecten verder te brengen, risico’s beheersen en van elkaar leren.’ 

Uitdaging door val kabinet

Een serieuze uitdaging ligt op het vlak van financiën voor beide corridorprogramma’s. De recente val van het kabinet zorgt volgens Laro voor vertraging in de besluitvorming over nieuwe middelen voor het Topcorridors-programma. Deze besluitvorming was op het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (I&W) in voorbereiding en gaat meer tijd in beslag nemen.
De gevolgen zijn onzeker. ‘We weten niet hoeveel vertraging het oplevert en hoeveel middelen er vanuit het Rijk beschikbaar komen. Dat hangt af van de nieuwe bewindspersoon op I&W (Robert Tieman van BBB, red.) en wat hij kan en mag in een demissionaire status. Hoe dit ook gaat lopen, we blijven nieuwe Rijk-Regio projectvoorstellen ontwikkelen voor het moment dat de middelen beschikbaar zijn. We werken toe naar het BO MIRT GVC in het najaar en hopen daarbij op een vergelijkbare set afspraken als vorig jaar met een projectenbundel ter waarde van circa 20 miljoen euro aan afspraken. Bovendien gaan we hoe dan ook verder met het uitvoeren van bestaande afspraken.’

Eén gezamenlijk uitvoeringsplan

Ondanks de onzekerheid over geld, ligt het programma allesbehalve stil benadrukt Laro. ‘We gaan er gewoon vanuit dat het goedkomt. Er zijn genoeg uitdagingen en er is genoeg energie om door te pakken.’ Naast het blijven ontwikkelen van nieuwe projecten, worden de komende maanden gebruikt om de praktische uitwerking van de fusie vorm te geven. Gaan we werken aan één gezamenlijk uitvoeringsplan voor volgend jaar, een nieuwe programmabegroting en gaan we in onze eigen prestaties in 2025 evalueren. 
Laro heeft alle vertrouwen in het proces. ‘De uitdaging ligt er, maar het is logisch dat we deze stap zetten. We moeten alleen nog de juiste modus vinden. En ik heb er alle vertrouwen in dat dat lukt want het belang van de Topcorridors in Nederland staat buiten kijf.’
 

  • Logo ministerie van Infrastructuur en Waterstaat
  • Logo North Sea Port
  • Logo Port of Amsterdam
  • Logo Port of Moerdijk
  • Logo Port of Rotterdam
  • Logo provincie Gelderland
  • Logo provincie Limburg
  • Logo provincie Noord Brabant
  • Logo provincie Noord-Holland
  • Logo provincie Zuid-Holland
  • Logo provincie Zeeland